Bel ons: 045 5111217

Ruimtelijkeordening

Ruimtelijke ordening

Het begrip ‘ruimtelijke ordening’ kent geen eenduidige definitie. Globaal kan onder ruimtelijke ordening worden verstaan de gestructureerde inrichting van de fysieke leefomgeving.

De overheid heeft op het gebied van de ruimtelijke ordening een belangrijke taak, omdat zij moet zorgen voor en toezien op een goede ruimtelijke ordening. De overheid opereert daartoe op een drietal niveaus, te weten op Rijks-, provinciaal en gemeentelijk niveau. Daarbij is een uitgebreid stelsel van wet- en regelgeving voorhanden, waarvan de Wet op de Ruimtelijke Ordening (per 1 juli 2008 de Wet ruimtelijke ordening) en de Woningwet wel de bekendste zijn.

De wet- en regelgeving biedt de overheid verschillende handvatten c.q. instrumenten om te komen tot een goede ruimtelijke ordening en deze ook te bewaken. Voorbeelden daarvan zijn het (gemeentelijke) bestemmingsplan, de bouwvergunning en de sloopvergunning. Deze drie instrumenten hebben grofweg betrekking op het gebruik en de bebouwingsmogelijkheden van bepaalde gronden, respectievelijk op de regels waarmee rekening moet worden gehouden in geval van bouwen en slopen.

Naast de specifiek ruimtelijke aspecten, waarmee rekening moet worden gehouden, is ook steeds meer sprake van een uitwisseling met milieuaspecten, zoals luchtkwaliteit, externe veiligheid, geur, geluid en bodem. Dit soort aspecten moet onder meer worden meegenomen bij het ontwikkelen van een nieuw bestemmingsplan en wanneer ten behoeve van een bepaald plan een afwijking van het desbetreffende bestemmingsplan nodig is.

Ruimtelijke ordening en milieu kennen dan ook een grote verwantschap. Beide gebieden zijn te vatten onder het omgevingsrecht en vormen als het ware de pijlers daarvan.

Share by: